Op het moment het ik het vak arbeidsrecht. Dat valt mooi samen met het thema van vandaag. Het
lijkt me leuk om wat te vertellen over de arbeidsovereenkomst. Normaal is het voor een overeenkomst genoeg dat iemand een aanbod heeft gedaan en dat een ander dit aanbod heeft aanvaard. Voor de arbeidsovereenkomst ligt het toch een beetje anders. Omdat iemand die een arbeidsovereenkomst met een werkgever heeft afgesloten een grote mate van bescherming geniet zijn er bepaalde kenmerken waaraan een arbeidsovereenkomst moet voldoen, wil er echt sprake zijn van een arbeidsovereenkomst, los van de bedoeling van partijen.
In art. 7:610 BW staan de vier vereisten waar aan moet zijn voldaan voordat er sprake is van een arbeidsovereenkomst:
- Verplichting tot het verrichten van arbeid.
De arbeid moet worden verricht door de persoon die is aangenomen om de arbeid te verrichten. Een arbeidsovereenkomst waarbij je ook je kleine broertje kunt sturen om de werkzaamheden uit te voeren is dus niet mogelijk.
- Verplichting tot het betalen van loon.
Allerlei vormen van beloning kunnen als loon worden aangemerkt. Ook het mogen meenemen van een zak hondenvoer als je een uur helpt in de hondenkennel kan loon zijn. Onkostenvergoedingen zijn geen loon. Een vrijwilliger die een vergoeding krijgt voor zijn reiskosten heeft dus geen arbeidsovereenkomst.
- Gedurende een zekere tijd
- In dienst van een andere partij (gezagsverhouding)
Er moet sprake zijn van een gezagsverhouding. De werkgever moet instructies geven tot de te verrichten werkzaamheden. Een probleem hierbij vormt de groep hoogopgeleiden. Als een werknemer meer weet over een bepaald onderwerp dan zijn werkgever, kan zijn werkgever hem nog wel instructies geven? Aangenomen wordt van wel, maar de instructies zullen dan meer zien op de omstandigheden, werktijden etc.
Als na het afgelopen van deze vier criteria nog twijfel bestaat of er sprake is van een arbeidsovereenkomst wordt er ook nog gekeken naar de partijbedoeling (wat stond de partijen voor ogen?). Daarnaast wordt de gezagsverhouding nog eens onder de loep genomen en er wordt rekening gehouden met de maatschappelijke positie van de partijen (zie Groen/Schoevers).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten